Noyen nv
Paardenlookworst was vanaf de 19de tot de tweede helft van de 20ste eeuw de ‘cervela' van de arme man. Het Gentse familiebedrijf Noyen bereidt hem volgens aloud recept.
Aan het roer staan de broers Johan en Peter Noyen, vierde generatie. Zij stammen uit een echte slagersfamilie, grootvader Julien, boerenzoon uit Alveringem, gaat in 1914 werken in het slachthuis van Gent. Na de oorlog kan hij als slagersgast aan de slag in verschillende Gentse beenhouwerijen. Met deze kennis nam hij in 1924 de "Boucherie du Nord" over.
In 1975 waren er nog maar enkele beenhouwers die paardenlookworst verkochten. In dat jaar kocht de NV Noyen het recept over van beenhouwer Colle, uit de Kerkstraat in een Gentse arbeidersbuurt. Hij zocht en vond afzet voor zijn lookworst in frituren, cafés en slagers. Ondertussen is Noyen nog de enige fabrikant van de Gentse paardenlookworst.