Begin jaren vijftig specialiseerde grootvader Frans Edmond Nauwelaerts zich als één van de eerste en de weinige in kokos suikergoed, een goedkopere grondstof dan amandel maar zeker niet makkelijker om te verwerken. Er waren 2 kokossnoep varianten: de “buche coco” en de “rumrotsen”.

De snoepen hebben als basis de kokosmassa die je op een warme of koude wijze kan verwerken. Bij Nilona werd gestart met de warme methode waarbij in de suiker en glucose in koperen ketels worden gekookt en vervolgens gemengd met grove en fijne gedroogde kokos. Later ging Edmond over op de koude methode waarbij koud, de kokos gemengd wordt met fondant. Bart Nauwelaerts, 3de generatie confiseur bij Nilona, kiest opnieuw voor de warme methode omdat de kokosmassa zachter blijft. Na het mengen wordt de massa met rollen gekneed in een “depositormachine”. Bart vond een oude “depositor” bijna identiek aan die van zijn grootvader en liet ook de oude vormen namaken.