De faam van de Kempense hesp

De Kempense gerookte boerenhesp was het was het meest kostbare stuk van het varken. Daar verdiende de boeren het meest aan want het was zeer gegeerd bij de burgers en beenhouwers in Antwerpen. 

Het zouten gebeurde in houten kuipen of gemetste stenen pekelbakken. Het vlees werd niet drooggezouten zoals in de zuidelijke landen, maar werd in een sterke pekel gelegd. Het werd door en door gezouten, hiervoor kreeg het de nodige rusttijd. Nadien werden ze gedroogd en al of niet gerookt.

Hesp is een winter product 

Het slachten van het varken gebeurde altijd rond oktober. Zo had men een koude periode om de schouders, spek en hespen te zouten, te drogen en te roken. Door de winterkoude was er minder kans op vliegen en bedorven producten. Na dit proces werden de gedroogde waren bewaard in een stoffen zak om ze verder te beschermen.

De Kempense gerookte boerenhesp heeft een licht gerookte smaak en geur. Ontdek de recepten hieronder.